Wel en wee van peilingen

Er wordt heel wat afgepeild in Nederland. De peilingen volgen elkaar vooral tijdens verkiezingscampagnes in hoog tempo op. Ook als er geen verkiezingen zijn, krijgen we regelmatig te maken met allerlei peilingen. De vraag is dan telkens weer hoe goed die peilingen zijn. Kun je met een peiling inderdaad een goed beeld krijgen van wat er in een bevolkingsgroep aan de hand is?

Goede peilingen

De uitkomsten van een peiling zijn alleen correct als ze gebaseerd zijn op een representatieve steekproef. Dat betekent dat de steekproef in alle opzichten een goede afspiegeling moet zijn van de populatie waaruit hij is getrokken. Die steekproef moet door loting zijn verkregen. Het moet dus een aselecte steekproef zijn.

Slechte peilingen

Het aantal peilingen is de laatste jaren behoorlijk toegenomen. Dat komt vooral door de snelle opkomst van het internet. Daardoor is het wel erg eenvoudig geworden om een peiling op te zetten en uit te voeren. Veel van dit soort peilingen zijn niet gebaseerd op een aselecte steekproef. Daardoor valt er niets zinnigs te zeggen over de juistheid van de uitkomsten.

Checklist

Het is niet eenvoudig voor gebruikers van de uitkomsten van peilingen (journalisten, bestuurders, beleidsmakers) om op simpele wijze goede van slechte peilingen te scheiden. Daarom is een checklist gemaakt. Door de vragen in de checklist af te lopen, kun je een eerste indruk krijgen van de kwaliteit van de peiling.

Versie 1 van de checklist was een gezamenlijke productie van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), het Nederlandstalig Platform voor Survey-Onderzoek (NPSO) en de Vereniging van Onderzoeksjournalisten (VVOJ). Deze versie kwam uit in 2012.

Versie 4 van de checklist kwam uit in 2021. In deze aangepaste versie zijn enkele voorbeelden opgenomen.